Wat maakt je écht gelukkig? Is het rust, verbinding, betekenis of juist groei? In deze nieuwe levensfase – waarin werk misschien is weggevallen en je dagen anders zijn ingedeeld – komt die vraag opnieuw bovendrijven. Geluk is geen constante stroom van fijne momenten. Het is eerder een verdieping, een manier van in het leven staan. Filosofen zoals Nietzsche en psychologen als Jung, Maslow en Frankl laten zien: geluk draait niet om comfort, maar om trouw zijn aan wie jij in wezen bent.
Friedrich Nietzsche zag geluk niet als iets makkelijks of vanzelfsprekends. Volgens hem is geluk het resultaat van het aangaan van het leven – inclusief pijn, verlies, onzekerheid en verandering. Hij introduceerde het begrip amor fati – de liefde voor je lot. Niet omdat alles leuk is, maar omdat alles jou vormt.
Nietzsche geloofde dat je pas echt gelukkig wordt als je leert leven in overeenstemming met wie je ten diepste bent. Je wordt wie je bent – niet door te voldoen aan verwachtingen, maar door ze los te laten.
👉 Wat dit voor jou betekent:
Heb de moed om je eigen pad te bewandelen. Wat wil jij echt, los van wat anderen ooit van je verwachtten? Wat wilde je vroeger al doen, maar heb je uitgesteld?
De Zwitserse psychiater Carl Jung benadrukte dat echte vreugde voortkomt uit innerlijke heelheid. Dat betekent: ook je ‘schaduwkant’ omarmen. Niet alles hoeft mooi, succesvol of vrolijk te zijn. Juist door je onzekerheden, spijt, of pijn onder ogen te zien, ontstaat ruimte voor rust en echtheid.
👉 Wat dit voor jou betekent:
Durf je eigen verhaal te vertellen, aan jezelf en aan anderen. Hoe kijk je terug op je leven? Welke lessen wil je doorgeven? En wat mag je juist nog steeds leren?
Maslow’s piramide van behoeften eindigt niet bij pensioen. Integendeel – zelfontplooiing blijft een essentiële bron van voldoening. Veel mensen voelen zich het meest levend als ze iets nieuws proberen, iets maken of leren. Of het nu gaat om schilderen, een taal leren of vrijwilligerswerk: het gaat om in beweging blijven, ook geestelijk.
👉 Wat dit voor jou betekent:
Waar ben je nieuwsgierig naar? Wat wilde je altijd al proberen? Je hoeft niet groots te beginnen – een cursus, een boek, een wandeling met een vraag in je hoofd is al genoeg.
Na het overleven van Auschwitz schreef psychiater Viktor Frankl het boek De zin van het bestaan. Daarin stelt hij: geluk volgt uit het hebben van een doel, een ‘waarom’. Niet het vermijden van lijden, maar het vinden van betekenis maakt het leven dragelijk én waardevol. Zelfs in moeilijke tijden.
👉 Wat dit voor jou betekent:
Wat geeft jouw leven betekenis? Dat kan iets groots zijn – zoals zorgen voor een ander – of iets kleins, zoals een dagelijks ritueel, een herinnering of een waarde die je naleeft.
De Amerikaanse onderzoeker Brené Brown deed jarenlang onderzoek naar kwetsbaarheid, moed en verbondenheid. Haar conclusie: geluk ontstaat wanneer je je laat zien zoals je bent – met alles erop en eraan. Echte verbinding ontstaat pas als je ook je onzekerheden en imperfecties durft te delen.
👉 Wat dit voor jou betekent:
Met wie voel jij je echt verbonden? En waar zou je nog meer verbinding willen? Durf je opnieuw contact te zoeken, of een opener gesprek te voeren?
De moderne positieve psychologie – ontwikkeld door onder anderen Martin Seligman en Sonja Lyubomirsky – bevestigt veel van deze inzichten. Volgens hun onderzoek dragen de volgende factoren sterk bij aan geluk, juist na je zestigste:
Deze factoren zijn geen ‘geluksgenen’ – ze zijn te ontwikkelen, te oefenen, te verdiepen. Ook – of juist – nu.
Geluk is niet iets dat je bereikt als alles meezit. Het is iets dat ontstaat terwijl je leeft met aandacht, moed, en verbinding. Terwijl je het leven verwelkomt zoals het komt – met zijn zachtheid én zijn ruwe randen.
💡 Proudies-tip: Maak van geluk een gewoonte. Kies elke dag één klein moment dat voedt: een wandeling, een telefoontje, een herinnering, een gedachte. Zo bouw je niet aan 'meer’, maar aan ‘echter’.