Jean-Michel Basquiat: het genie dat de kunstwereld op zijn kop zette

In het New York van de jaren tachtig, een stad die tegelijk op drift en op dreef was, liep een jongen rond met dreadlocks, in een verwassen pak en met een hoofd dat sneller dacht dan zijn handen konden tekenen. Jean-Michel Basquiat. Een naam die nog steeds zindert op muren, in musea, op veilingen en misschien wel het belangrijkst – in de verbeelding van iedereen die gelooft in kunst als levensdrift. Basquiat stierf jong, op 27-jarige leeftijd, maar zijn nalatenschap voelt grenzeloos. Zijn leven leest als een modern kunstsprookje of een tragedie, afhankelijk van waar je het boek openslaat.

In samenwerking met

Jean-Michel Basquiat: het genie dat de kunstwereld op zijn kop zette
Proudies Redactie

Door 

Proudies Redactie

Gepubliceerd op

Jun 1, 2025

De straat als canvas

Geboren in 1960 in Brooklyn, als zoon van een Haïtiaanse vader en een Puerto Ricaanse moeder, groeide Basquiat op in een meertalige, multiculturele omgeving. Hij sprak vloeiend Frans, Spaans en Engels. Als kind tekende hij voortdurend; zijn moeder nam hem mee naar musea, voedde zijn honger naar beeld. Toen hij acht was, werd hij aangereden door een auto. In zijn bed lag hij wekenlang te bladeren door Gray’s Anatomy – het beroemde anatomieboek dat hij later letterlijk zou verwerken in zijn schilderijen.

Rond zijn zeventiende liep hij weg van huis. Hij leefde op straat, verkocht zelfgemaakte ansichtkaarten en T-shirts. En hij begon te schrijven op muren. SAMO, kort voor “Same Old Shit”, was zijn pseudoniem. Poëtische, sardonische slogans verschenen op muren in SoHo en Lower Manhattan:
"SAMO as an end to mindwash religion, nowhere politics and bogus philosophy."

Het was geen vandalisme. Het was een manifest.

Een komeet aan de hemel van de kunstwereld

New York had in die tijd een duistere gloed. De stad was failliet, vuil, gevaarlijk – maar barstte van de creativiteit. Kunstenaars als Keith Haring, Madonna, Andy Warhol en Patti Smith bevolkten dezelfde clubs en galerijen. Basquiat viel op. Zijn werk was ongepolijst, rauw en tegelijkertijd doordrenkt met intellect en symboliek: Afrikaanse maskers, jazzmuzikanten, anatomische tekeningen, Bijbelverwijzingen, politiek, slavernijgeschiedenis, en graffiti – alles door elkaar, alsof zijn geest geen onderscheid wilde maken tussen hoog en laag, tussen oud en nieuw.

Zijn doorbraak kwam in 1981. Een foto in Artforum, een tentoonstelling, en ineens stond de kunstwereld in vuur en vlam. Jean-Michel werd een fenomeen. Hij schilderde met een intensiteit die bijna destructief was. Zijn werken – vaak groot, explosief van kleur, vol woorden, kruizen en kronen – verkochten voor duizenden dollars. Hij was 21.

En hij was zwart, in een witte kunstwereld. Dat was geen detail. Hij confronteerde die wereld met haar eigen hypocrisie. Hij schilderde zwarte helden – boksers, jazzgoden, anonieme figuren – en plaatste ze in het centrum van zijn doeken, met koningskronen boven hun hoofd.

Basquiat liet zich niet temmen. Hij werkte samen met Warhol, werd door Armani gekleed, liep op catwalks, trad op met zijn band, en schilderde als een bezetene. Maar succes bracht ook eenzaamheid. Heroïne werd zijn schaduw.

De mythe en de mens

Op 12 augustus 1988 overleed hij aan een overdosis, in zijn atelier in Great Jones Street. Zijn vriend Keith Haring schreef kort daarna: "He truly created a lifetime of works in ten years." En dat is waar. In minder dan een decennium maakte Basquiat meer dan 1.000 schilderijen en 2.000 tekeningen.

Vandaag brengen zijn doeken recordbedragen op – soms meer dan 100 miljoen dollar. Maar zijn echte waarde ligt ergens anders. In het feit dat hij nog steeds jonge kunstenaars inspireert, dat hij graffiti tot museumkunst verhief, dat hij Afro-Amerikaanse cultuur een onuitwisbare plek gaf op het wereldtoneel.

Basquiat had een instinct dat niet geleerd kon worden. Zijn werk voelt alsof het ademt, alsof het bezield is. En misschien is dat zijn grootste gave: dat hij – ondanks alle tragiek – geen dood portret achterliet, maar een levende erfenis.

Waarom Basquiat ons nu meer dan ooit iets te zeggen heeft

Voor wie op zoek is naar schoonheid met littekens, naar kunst die de wereld niet per se mooier maakt maar wel eerlijker – is Basquiat een kompas. Zijn werk spreekt tot de generatie die de jaren '80 meemaakte, maar evenzeer tot jongeren van nu. Hij laat zien dat kunst geen antwoord hoeft te geven, maar dat het vragen mag stellen. Steeds weer opnieuw.

Misschien is dat precies waarom Jean-Michel Basquiat ons blijft fascineren: omdat hij iets deed wat we allemaal diep vanbinnen willen – de wereld dwingen om naar ons te kijken, niet ondanks wie we zijn, maar omdat we zijn wie we zijn.

Voor wie meer wil zien:
De documentaire “Jean-Michel Basquiat: The Radiant Child” (2010) is een prachtig portret van zijn leven. Ook te vinden op streamingdiensten zoals Amazon of YouTube. En voor wie ooit in New York is: het Broad Museum in Los Angeles of het MoMA tonen regelmatig zijn werk.

☕️ Ontdek, leer en verrijk je leven.

Ontvang elke week de laatste informatie en inspiratie over gezond ouder worden, reizen, lifestyle, werk en cultuur. Geen spam. Alleen nuttige en interessante dingen, rechtstreeks in jouw inbox.
We geven om jouw data in onze privacy policy.
Thank you! Your submission has been received!
Oops! Something went wrong while submitting the form.

Vergelijkbare artikelen