De 5-minutenregel: Zo geeft een Oxford-neuroloog haar brein een energieboost

Waarom je blijft uitstellen

Je brein houdt je liever in de ‘energiebesparende modus’. Het kiest voor makkelijke beloningen zoals scrollen op je telefoon of een aflevering van je favoriete serie. Daarbij laat je hoofd een taak vaak groter lijken dan hij is.

Maar goed nieuws: je kunt je hersenen te slim af zijn.

Zo werkt de 5-minutenregel

Het principe is simpel: begin en spreek met jezelf af dat je het vijf minuten doet. Daarna beslis je of je doorgaat of stopt.

Voorbeelden uit het dagelijks leven

• Sporten: Trek je sportschoenen aan en zeg: “Ik ga vijf minuten wandelen of fietsen.” Voor je het weet ben je al een half uur onderweg.
• Huishouden: Zet een timer en doe vijf minuten de afwas of vouw een stapel was op. Vaak krijg je vanzelf zin om ook de rest te doen.
• Werk of studie: Open je laptop, schrijf vijf minuten aan dat verslag of lees één pagina. Grote kans dat je daarna gewoon verdergaat.
• Gezondheid: Rol je yogamat uit en doe één korte oefening. Het kan zomaar de start zijn van een volledige sessie.
• Creativiteit: Pak je pen en schrijf vijf minuten in je dagboek, of begin met een kleine schets. Voor je het weet ben je een uur bezig.

En als je écht stopt na vijf minuten?

Geen probleem. Soms is rust het beste dat je jezelf kunt geven. Je hebt in elk geval een begin gemaakt – en dat is winst.

Waarom dit werkt

De 5-minutenregel haalt de druk weg. In plaats van een berg zie je alleen een kleine stap. En vaak merk je: hé, dit valt eigenlijk best mee. Zodra je begonnen bent, zet je brein de knop om en komt de energie vanzelf.

Probeer het zelf

De volgende keer dat je opziet tegen een taak, denk dan: “Ik hoef maar vijf minuten.” Voor je het weet, heb je meer gedaan dan je ooit dacht.

‍