Pensioen? Blijf doen wat je altijd deed

Het geluid om na de rechtmatige pensioenleeftijd gewoon -nouja gewoon- te blijven werken wordt steeds luider. Natuurlijk is de mens in Nederland tot op zekere hoogte vrij om te doen en laten wat hij/zij/onzijdig wil, vooral na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Dus dat is alvast prettig.

In samenwerking met

Pensioen? Blijf doen wat je altijd deed
Simone Sevink

Door 

Simone Sevink

Gepubliceerd op

Mar 1, 2024

Naarmate de leeftijd vordert komt dat ‘Pensioen’ steeds serieuzer in zicht. Je logt eens in op je pensioensite en bekijkt hoeveel je eigenlijk gaat krijgen. Dan blijkt dat je zelfs keuzes kunt, nee moet maken! Althans, zo ging het ongeveer bij mij.

Het idee dat je je hele verdere leven niet meer hoeft te werken en toch geld krijgt vond ik, en vind ik nog steeds, een bijna ongelooflijk feest. Anderzijds opende het hardhandig mijn ogen voor de situaties in andere landen, ook binnen Europa.

Jemig, wat boffen wij.

En ineens is het dan zover, je bent vrij! Voor altijd. En je bedenkt wat je allemaal gaat doen. De wereld-, de tuin- of die makkelijke opknap klusjes in huis liggen eindelijk binnen bereik. Eindelijk weer boeken lezen, tv kijken ja, óók overdag!, oppassen en mééleven met de kleinkinderen, verwaterde vriendschappen leven inblazen, fietsen, dansles, of bridgen. Oja en vakanties! Vaak en vèr. Het Grote Genieten begint. Maar ook het onmiskenbare besef: nu is dus de laatste fase in mijn leven aangebroken.

Slik.

Wat maakt dat mensen al vóór hun pensionering besluiten om te blijven werken? Zij hebben tenslotte de gevreesde leegte van de pensionering nog niet ervaren. Was het voorzienigheid, te veel energie, liefde voor het vak of het doembeeld niet te weten wat te doen met al die vrije tijd? Vrees voor relationele irritatie door te veel in elkaars nabijheid te zijn? Of juist dreigende eenzaamheid, het gemis van collegiale contacten, de ‘vrijmibo’ en het meeleven met elkaar?

Misschien van alles een beetje.

Het is in mij geen seconde opgekomen.

Nee, voor mij liep dat anders. Ik onderging een totaal niet verwachte ervaring na mijn pensionering. De structuur van mijn leven was in één klap weg. De beloofde vrijheid werd een mengelmoes van luiheid, uitstellen, niks-doen, internetten en te veel eten en drinken. Ik kwam tot de shockerende conclusie dat ik geen hobby’s heb. Ik word door héél veel gegrepen en geboeid, maar ik heb niet één hobby die iedere dag op me wacht. En daar schaamde ik me voor tussen de leeftijdgenoten die dat wel hadden en er enthousiast over vertelden.  

Mijn leven verzandde in chaos, ik begon aan 3 of 4 dingen per dag, onthield niet waar ik mee bezig was en maakte niks af. In een opleving kon ik wel een kast uitruimen en kleding weggeven of op een verkoopsite zetten. Maar daarna plofte ik weer in en om te beseffen dat ik veel te veel goede kleding had weggegeven.

Met pensioen? Ik vond er niks aan.

Het post-pensioneringsfenomeen was mij ten deel gevallen. Na de euforie werd ik op een dag wakker en dacht: En wat nu…? Is dit nou alles? Is al mijn kennis en kunde van de ene dag op de andere niets meer waard? Ik herinnerde mij de keurig ingedeelde mappenstructuur op mijn computer, met kennis en informatie die echt onmisbaar waren in mijn werk. Het mocht allemaal gedelete worden.

Ik voelde mezelf ge-delete.

Dit was nog niet alles want ook de buitenwereld bleek voor mij als gepensioneerde een andere bejegeningsvorm te gebruiken; omzichtig, voorzichtig en afwachtend. Bepaalde zaken – vooral digitale-  werden ongevraagd op Jip & Janneke niveau uitgelegd. Iets wat ik direct afkapte, of ik het nou al wist of niet. ‘Gepensioneerd’ lijkt nog vaak een stereotiep voor kwetsbaar -met dank aan de Overheid voor term “kwetsbare ouderen”- , onwetend en niet meer bij te tijd.

“Oud”.

Hoe blij kan je zijn als je -een jonger- iemand treft die je op gelijk niveau aanspreekt! Aan wie je zonder schroom vraagt: leg dat eens uit?

Het credo bij ouder worden is: Blijf doen wat je altijd deed.

Dat credo heb ik uiteindelijk opgepakt.

Omdat mijn functie inmiddels al niet meer bestond, ging ik actief aan de gang met vrijwilligerswerk. Mijn nieuwsgierigheid naar alles wat er is, was mijn leidraad. En dat werkte! Niet alleen gingen er onbekende werelden voor me open en zoog ik al het nieuwe in me op en voelde me gewaardeerd als toen ik nog een (betaalde-) baan had.

Misschien nog wel meer, want dit deed ik immers belangeloos!

Behalve het gat van betekenisloosheid, de ergernis van betutteling gebeurde er nog iets anders: ik kreeg haast. En ik heb nog steeds haast om alles wat ik nog wil zien en beleven toch wel in redelijk tempo te gaan afwerken. Ik voel aan mijn lijf, ik merk aan mijn hersens, dat de jaren tellen. De eerste ouderdomskwalen hebben zich aangediend.

Bij de gemiddelde mens -vanaf ongeveer 75 jaar- ontstaat er een kantelpunt. Dit is werkelijk wat ik ervaar in mijn sociale omgeving. Bepaalde dingen die dan ineens “niet meer hoeven”. Goede kennissen zeggen me: “k zie er zo tegenop. Ik hoef niet meer zo ver op vakantie. Ik loop alleen nog korte afstanden. Ik ga met de auto niet meer de snelweg op. Ik doe de deur ’s avonds niet meer open. Ik ga (=durf) niet meer met het vliegtuig.”

En last but not least: “Ik heb geen behoefte meer aan seks.”

Bàm!

Totaal begrijpelijk maar ik schrok me een hoedje. Dit wil ik allemaal niet!

En dus blijf ik doen wat ik altijd deed: zoeken naar de broodnodige nieuwe ervaringen, naar “eerste keren”, naar mijn grenzen, hoe pijnlijk ook. Ik onderdruk ongegronde angst en zorg dat ik altijd een plan in de maak heb.

Ook al zie ik er soms een beetje tegenop.

Simone Sevink

Februari 2024

☕️ Ontdek, leer en verrijk je leven.

Geen spam. Alleen nuttige en interessante dingen, rechtstreeks in jouw inbox.
We geven om jouw data in onze privacy policy.
Thank you! Your submission has been received!
Oops! Something went wrong while submitting the form.

Vergelijkbare artikelen